Een stukje geschiedenis over het kerkhof bij de Nederlands Hervormde kerk
De bouw van de kerk werd voltooid in 1840 en vervolgens werd ook het kerkhof aangelegd, hieronder een overzicht van hoe het kerkhof is ontstaan en waaraan de koopgraven moesten voldoen en aan wie ze werden verkocht. Over de huurgraven is helaas niets terug te vinden.
In de notulen van de raadsvergadering van 30 juni 1840 staat het volgende geschreven over het kerkhof.
“Met kerkvoogden en notabelen van de hervormde gemeente alhier in overleg getreden omtrent de som welke aan het zal behoren te worden voor dat gedeelte van het door hen aangekochte terrein voor kerk en pastorie welke zal dienen tot burgerlijke begraafplaats, overwegende dat het geheel van den aankoop en kosten bedraag Fl 1119, 37 en dat de grond tot de begraafplaats wordt begroot op nagenoeg een derde aandeel, waardoor het billijk is voorgekomen de vergoeding op een derde te stellen, bedragende fl. 373,19.
Overwegende dat dit bedrag kerkvoogden en notabelen aannemelijk is voorgekomen is goedgevonden ter zake voorziend aan kerkvoogden en notabelen te vergoeden de som van fl 373, 19 welk bedrag door notabelen en kerkvoogden werd aangenomen.
Aangewezen het lid Pieter H Braam om met assistentie van de ingezetene dezer gemeente Derk Albert Huisman de aanleg van de begraafplaats te regelen en daarvoor een plan aan de Raad voor te leggen”.
Helaas is over de aanleg en het plan van het 1e deel van de begraafplaats verder niets terug te vinden.
Op 9 augustus 1842 werd in de raadsvergadering gesproken over het verzoek van inwoners om over te kunnen gaan tot het aankopen van graven. Dit resulteerde in het volgende raadsvoorstel
“In overweging hebbende genomen dat van meer dan eene zijde in de gemeente aanzoeken zijn gedaan om op de begraafplaats deze gemeente eigene graven te hebben. En in overweging zijnde genomen dat aan die wensch wel zal kunnen worden voldaan, daar de begraafplaats van genoegzaam grootte is om de lijken op hetzelfde begraven wordende, te kunnen bevatten.
Is goed gevonden heren burgemeester en asssessoren te machtigen om van de graven aan de oostkant van het kerkgebouw voorhanden, publiekelijk te verkopen om de opbrengst daarvan op ene volgende gemeentebegroting in ontvangst voor te dragen”
In het gemeentearchief is het proces verbaal terug te vinden, waarin de voorwaarden voor het kopen van een of meerdere graven is vastgelegd en aan wie de graven zijn verkocht.
“Proces verbaal van verkoop van graven op het kerkhof of de begraafplaats van de gemeente Muntendam bij het kadaster bekend sectie B nr. 824, groot 63 roede en 40 ellen en wel ten oosten van het kerkgebouw”.
Burgemeester en Assessoren ( Wethouders ) van de gemeente Muntendam als daartoe door den Raad der gemeente geauthoriseerd bij deliberatie van de 9 augustus 1842 willen overgaan tot de publieke veiling en verkoop van de navolgende graven op de begraafplaats dezer gemeente ten oosten van het kerkgebouw voor handen hebben daartoe gemaakte en gearresteerd de conditien van verkoop bestaande in de onderstaande:
- Art. 1 de graven hebben ieder de lengte van 2 ellen, 3 palmen en 6 duimen en de breedte van 1 el en 2 duim
- Art. 2 de lengte der graven loopt in de windstreek van nagenoeg van het oosten naar het westen, des echter dat het bestuur aan zich reserveert om de juiste plaats van het afgestane graf aan te wijzen waaraan de kopers zich zullen submitteren
- Art 3 de koper zal het door hem gekochte dadelijk na de toeslag kunnen aanvaarden en daarover tot het begraven van lijken kunnen beschikken op den voet van den reeds bestaande alsmede de nog te nemen verordeningen
- Art 4 evenwel zal het den koper niet vrij staan om op de graven boomen of heestergewassen te plaatsen en doen groeien. Indien hij opstaande palen op de graven wil plaatsten zullen alleen denzulken worden toegelaten welke de lengte hebben van 1el, 3 palmen en 5 duimen boven den beganen grond en de breedte van 24 duimen
- Art 5 hij aan wie een graf voor de door hem gebodene prijs wordt toegeslagen zal de bevoegdheid hebben het daarop volgende nummer in dezelfde rij te trekken voor een gelijk bedrag als hem het eerst genoemde graf kost mist de localiteit van de plaats zulks toestaat
- Art. 6 De kooper zal binnen een week in handen van den gemeente-ontvanger alhier de zegels, registratie en overschrijvingsrechten en verdere kosten, zoo van dit proces verbaal als van het daarvan, voor zoverre hem betreft aan den zelven uit te reiken extract.
- Art.7 de kooper zal bovendien in handen van den gemeente-ontvanger betalen den prijs der door hem gekochte graven en wel in twee termijnen, op 1 mei en 1 november 1843, telkens de geregte halfscheid.
- Art 8 de bieders blijven alle tezamen en ieder afzonderlijk voor het geheel voor het door hen gebodene tot aan den toeslag aansprakelijk en verbonden, ten dien effecte dat de verkoopers zo zij daartoe redenen mochten vermenen te hebben met voorbij gaan van hogere bieders hen tot koopers zullen kunnen verklaren van de percelen waarop door hen geboden is, waaraan zij zich zullen te hebben submitteren en deswegens verbonden zijn. Ook behouden de verkopers aan zich de bevoegdheid om een of meer percelen bij elkander getrokken of ieder afzonderlijk uit te ruilen en daarin alsmede in de wijze van veiling zodanige veranderingen te maken, als zij zullen goed vinden.
- Art. 9 de bieders zullen desgevraagd zelf schuldige borg of borgen voor hunne registratie en overschrijvingsrechten en verdere kosten moeten stellen ten genoegen van de verkopers.
- Art 10 Zij zullen verder voor zoverre thans reeds buiten deze gemeente woonachtig of zich inkomstig buiten dezelve vestigende gehouden worden in betrekking tot dezen verkoop met alle de daaruit resulterende gevolgen domicilie te hebben gekozen ten gemeentehuize van Muntendam waar dan alle citatien, insinuatien, en verdere explouten zullen kunnen en behoren te geschieden even alsof dat hun wezenlijk domicilie was. De tijd bij de publicatien in de kerk dezer gemeente en aanslagbilleten alhier gedaan uitgedrukt gekomen zijnde hebben wij deze conditien aan de vergaarde menigte openlijk doen voorlezen en zijn voorts daarna geprocedeerd tot het uitveilen en aannemen der biedingen waarvan het resultaat is geworden dat de onderstaande personen hoogste bieders zijn geworden en gebleven van de graven nevens hunne namen vermeld voor de biedingen daarbij uitgedrukt.
De lijst met kopers telt 19 namen:
- Roelf Jan Giezen Muntendam, burgemeester, 12 graven voor fl. 42,–
- Derk Hendriks Buiskool Muntendam, ijzersmid, 4 graven voor fl. 16,–
- Henricus Pieters Bouman Duurkenakker, landbouwer 6 graven voor fl 19,–
- Eppe Luitjes Kloosterboer Muntendam, landbouwer 6 graven voor fl. 18,–
- Egbert Pieters Warners Muntendam, landbouwer 4 graven voor fl. 13,–
- Derk Alberts Huisman Muntendam, koopman 5 graven voor fl. 15,75
- Derk Elias van der Veen Duurkenakker schuitevaarder 4 graven voor fl, 13,–
- Heino Harms Fokkens Muntendam, landbouwer 4 graven voor fl. 12,–
- Derk Harms Leeuwerke Muntendam landbouwer 5 graven voor fl. 15,–
- Emme Hindriks Westinga Muntendam landbouwer 4 graven voor fl. 12,–
- Meine Luitjes Dekker Muntendam zonder beroep, 2 graven voor fl. 6,–
- Geert Jans Loots Muntendam, koopman 6 graven voor fl. 18,–
- Sebina Jager -Sebes, landgebruiker, 5 graven voor fl. 15,–
- Lammert Pieters Mulder Muntendam, molenaar, 10 graven voor fl. 30,–
- Aaltje Schoonbeek-Drent Muntendam, zonder beroep 2 graven voor fl. 7,–
- Otto Jans Buitenhof Muntendam, landbouwer 3 graven voor fl. 9,75
- Gerrit Jans Meijer Muntendam, koopman 2 graven voor fl. 6,–
- Geert Albertus Mulder Muntendam, bakker 5 graven voor fl. 15,–
- Pieter Lammerts Mulder Muntendam, koopman 6 graven voor fl. 18,–
De acte werd na voorlezing door de burgemeester getekend door de kopers en de verkopers ten huize van de kastelein Henderikus Reinders van Deest op 22 september 1842 en geregistreerd te Zuidbroek op 24 september 1842.
In het gemeentearchief bevindt zich een” register van verkochte grafsteden op de burgerlijke begraafplaats bij de hervormde kerk voor altoosdurend gebruik van 22 september 1842 tot ….
In dit register is de 1e overledene die met naam en toenaam staat genoemd schoolmeester Jan Eilderts Branbergen, hij overleed op 20 oktober 1840 op 65 jarige leeftijd. (Helaas is dit graf niet meer aanwezig).
Plattegrond oudste gedeelte begraafplaats De Venne, MuntendamHieruit kan dus worden afgeleid dat er vanaf ongeveer herfst 1840 werd begraven op de begraafplaats te Muntendam.